Een van de millenniumdoelstellingen is het uitroeien van honger. Dit moeten we bereiken in 2030. Maar elke grote humanitaire organisatie die toezicht houdt op voedselzekerheid, beweert dat we sinds 2015 niks zijn opgeschoten. Als de huidige trend zich voortzet zullen er in 2030, volgens de Verenigde Naties, 900 miljoen mensen lijden aan voedselgebrek.

De voedselcrisis in de wereld wordt erger. Als er niets aan wordt gedaan, leidt een nijpend voedsel tekort tot hongersnood. Wereldwijd dreigen een kwart miljard mensen te sterven door acute honger:

• in conflictlanden zoals Jemen, Syrië, Ethiopië en de Democratische Republiek Congo, waar geweld het verbouwen en verkopen van voedsel onmogelijk maakt,
• in gebieden zoals Madagaskar en Zuid-Soedan, waar erosie en woestijnvorming leiden tot droogte en andere risico’s voor de landbouw en veeteelt.
• door klimaatverandering zoals in Midden-Amerika, Mozambique en de Filippijnen, waar de evenwicht tussen het regen- en droogseizoen uit balans is.

Hongersnood is een wereldwijd probleem. Als het zo door gaat, komen er elk jaar miljoenen mensen bij die de pijn en hopeloosheid van honger ervaren. Vanwege deze alarmerende trends blijft ADRA hongersnood bestrijden in conflictgebieden en regio’s die zwaar getroffen zijn door klimaatverandering of kwetsbaar zijn door de pandemie. 

In onze strijd tegen honger, zetten wij vaak voedselbonnen in. Via het familysupport project van ADRA EKF kregen kwetsbare leraren en families in Nepal en Madagaskar de mogelijkheid voedsel te kopen (met gebruik van voedselbonnen) tijdens de lockdown.
Drie redenen waarom wij werken met voedselbonnen:
1. de ontvanger behoudt zijn/haar zelfrespect,
2. de lokale markt wordt versterkt,
3. we kunnen het project monitoren en eventueel verbeteren.
We werken altijd samen met de lokale gemeenschap om nood en duurzame oplossingen te vinden.